Geen rare uitspattingen
Het rijden in de Venga is eigenlijk precies zoals de auto zelf. Redelijk tam en zonder rare uitspattingen, om maar niemand tegen het hoofd te stoten. De 1.4 CVVT die wij rijden is de lichtste variant in het motorenpalet van de Kia. En dat voel je wel, want enige sjeu in het rijden ontbreekt, tenzij je vol in de toeren gaat. Het maximale koppel komt bij 4.000 tpm beschikbaar en om alle 90 paarden aan te kunnen spreken moet je doortrekken naar 6.300 tpm. Daar is dit niet de auto voor, maar het verklaart waarom de bestuurder vrij weinig van de vermogensopbouw meekrijgt. Het gaat allemaal heel gemoedelijk, maar het gevoel dat er iets tekort gekomen wordt is zelden aanwezig.
Het schakelen gaat licht, zoals we dat van meer Kia's gewend zijn. Daardoor is het eerst even zoeken naar de goede schakelmomenten, maar eenmaal zover blijven verdere klachten uit. Op één na dan, want de bak mist een zesde verzet. Vanaf een kilometer of 90 per uur is er al de neiging om door te schakelen terwijl de vijfbak al in zijn hoogste verzet staat. De motor draait dan ook veel toeren, wat hem goed hoorbaar maakt op de achtergrond en de brandstofconsumptie doet toenemen. Het onderstel zorgt ook niet voor verrassingen, maar biedt de inzittenden een comfortabele reis.