Ruim, solide en modern
Bij het openen van het portier is direct duidelijk dat Hyundai ook binnenin goed heeft huisgehouden. Het dashboard heeft een rustige vormgeving en alle knoppen zijn logisch gegroepeerd. In het midden zit een hooggeplaatst infotainmentscherm dat zich intuïtief laat bedienen. Dankzij de forse schermmaat is de informatie eenvoudig afleesbaar. Een niveau lager vind je de klimaatbediening. Op duurdere versies vind je daar eveneens de knoppen voor de stuurverwarming, stoelverwarming én koeling. Helemaal onderaan zitten twee 12-volt aansluitingen, een USB-poort en een AUX-ingang. De bediening van de belangrijkste functies roept weinig vragen op en is deels beter voor elkaar dan bij menig concurrent.
Maar dat is lang niet alles waarmee het interieur van de Tucson weet te overtuigen. Het ruimteaanbod is zowel voor- als achterin voorbeeldig en de zitpositie is prima. De stoelen zijn lekker groot en kennen een riant verstelbereik. Ook langere medemensen kunnen een aangename zithouding vinden. Met de stoel ver naar achteren geplaatst valt wel op dat de stuurkolom een beperkte axiale verstelling heeft. Je armen zijn dan net iets te gestrekt. Qua materiaalgebruik en afwerking valt er weinig te morren. De kunststoffen zijn niet van het allermooiste soort, maar de panelen zitten wel solide tegen elkaar geschroefd. Op slechte wegen hoor je geen rammels of andere storende geluiden. Keurig, maar in de uit dezelfde fabriek rollende Kia Sportage zijn de kunststoffen nog een tikkeltje hoogwaardiger. Een mooie toevoeging aan de luxe beleving van het interieur is het grote panoramadak; het laat veel licht door en kan ook open.