Het exterieur
Zoals gezegd is de auto behoorlijk op de Europese eisen aangepast en dat is ook van buiten te zien. De wat ongestructureerde lijnen van de vorige Santa Fé hebben plaats gemaakt voor een vrij strak koetswerk. Al komen toch ook wel weer wat bekende bollingen terug, ze zijn nu veel meer met elkaar in balans en geven de auto in zijn geheel een stoer en krachtig voorkomen. Vanuit de prominent aanwezige grille ontspringen de lijnen die vorm geven aan de auto. Ook de gretig ogende koplampen passen in dit lijnenspel.
Doordat de onderkant van de zijruiten naar achteren toe wat oploopt en de daklijn langzaam afloopt wordt voorkomen dat het er allemaal wat te plomp uit komt te zien. De brekende elementen als zijknipperlichten en deurgrepen zijn met respectievelijk het witte glas en de metaalkleur ingetogen en zorgen ervoor dat de auto meer het in Europa gewenste karakter krijgt. Verder beschikt deze Santa Fé nog over getinte achterste zijruiten.
Aan de achterkant is te zien dat de achterlichten in dezelfde stijl zijn ontworpen als de koplampen. Samen met het 3e remlicht en de lichten in de bumper zorgt dit voor de rode accenten achterop. Ik was trouwens enigzins verbaasd door het scharnieren van de achterklep. Niet zozeer dat er rare dingen aan de hand zijn, maar de handgreep deed mij vermoeden dat de klep aan de zijkant zou scharnieren. Toch scharniert deze klep gewoon bovenaan de auto. De genoemde handgreep zorgt er trouwens wel voor dat de nummerplaat niet in het midden van de auto zit. Het is een klein detail, maar wel zoiets waardoor je bij de eerste blik altijd raar tegen de achterkant aankijkt, zeker omdat de uitsparing in de achterklep in zijn geheel wel in het midden van de klep zit.
Het stoere karakter van de auto wordt aan de achterkant nog weer eens onderstreept door de dakspoiler en de opvallend aanwezige uitlaten aan beide kanten.