Geen race genen
Tijd om af te meren en achter het roer van de V70 te kruipen. Onze testauto was uitgerust met de zestraps Geartronic die voor het eerst een start-stopsysteem kent. Ondanks dit foefje, wat overigens in de praktijk uitstekend werkt, moet je voor de automaat het volle pond bijtellen. De tweeliter vijfcilinder diesel klinkt krachtiger dan dat die aanvoelt. Met 163pk en 400Nm is het geen stakker, maar het motorkarakter maakt hem helaas wat lui. Het koppel komt redelijk explosief vrij en vlakt gauw weer af. Boven 3.000tpm voelt de vijfcilinder geknepen aan en accelereert de V70 alsof er een krabbend anker achter de auto hangt. Houd je met een gevoelvolle rechtervoet de naald van de toerenteller onder die grens, dan verloopt de acceleratie voelbaar geriefelijker. Exact dezelfde ervaring hadden wij eerder met de V60 D3, die bij hogere snelheden ook slap aanvoelde. De zestraps Geartronic laat redelijk wat slip toe, wat comfortabel is, maar de prestaties evenmin tegoed komt.
Met een 70 liter tank kun je veel diesel bunkeren. Dat moet ook wel, want echt zuinig is de vijfcilinder niet. In theorie zou je 1.300km op een tank moeten halen, in de praktijk mag je blij zijn met 800km. Wil je verder komen, dan moet je echt je best gaan doen. Ons praktijkverbruik schommelde naar gelang de verkeerssituatie tussen 7,2 en 8,9 liter per honderd kilometer. Gemiddeld kwamen wij uit op 7,9 l/100km, wat aan de hoge kant is. Tijdens zulke lange reizen merk je wel dat de Volvo V70 een reisauto pur sang is. De auto is stil, veert heel comfortabel en deint soms licht. In combinatie met 18 inch lichtmetaal en breed rubber wordt het onderstel wat stoterig en spoorgevoelig. De afstandelijke besturing past goed bij het karakter van de auto. Iets meer gevoel zou wel wenselijk zijn, maar echt missen doe je het niet. Dankzij de terughoudendheid, het comfort en het hoge veiligheidsgevoel ga je vanzelf een rustige rijstijl aanmeten.