Fors verbruik
Het bekende dieselgeluid is er alleen bij flink optrekken, maar de concurrentie is stuk voor stuk minder stil. Deze diesel heeft een erg goede loopcultuur en daar staan de dCI’s niet voor niets om bekend. De motor in de testauto liep overigens minder stil en rustig dan eerder gereden 2.0 dCI’s, maar dan nog is hij stiller dan de concurrentie. Dat onderschrijft toch wel perfect wel de capaciteiten die Renault heeft op het gebied van viercilinder dieselmotoren.
Ook hier moeten echter wat kanttekeningen worden gemaakt. Bij 100 km/h verbruikt de diesel tegen de 6 liter en bij 120 rond de 7.5 liter: dat is relatief hoog, doordat de zesde versnelling iets langer had mogen zijn. Nu wordt er bij 120 km/h bijna 2500 toeren gedraaid. De eerste 30 kilometer verbruikt hij bovendien 1:10 om de motor op te warmen. Derhalve is het testverbruik een behoorlijk forse 8.1 liter per 100 kilometer geworden.
De 180 pk en 400 Nm die ter beschikking zouden staan, kun je niet voelen. De auto is niet meer dan gewoon vlot en misschien is het exemplarisch, maar mocht dat niet zo zijn dan is bij de keuze voor een diesel een 150 pk dCI wellicht het overwegen waard als je tevens af kunt zien van de vierwielbesturing. Daarnaast hangt de auto soms als het ware tussen twee versnellingen in. In de vierde versnelling 50 rijden lijkt teveel toeren, maar in de 5 zijn het weer te weinig. De schakelindicator zegt dan dat je terug moet schakelen. Bij 80 in de 6 moet je voor je gevoel ook terugschakelen voor de trekkracht, om te kunnen accelereren zonder turbogat en trillend dashboard. Als je flink schakelen niet vervelend vindt, dan is dat ook niet erg aangezien de auto ‘klik-klak’-achtig schakelt met de aluminium pookknop. Bedien dan wel de koppeling met gevoel, want die komt bruusk op: vloeiend overschakelen vergt gewenning en zelfs na een poosje laat je de auto soms afslaan bij het wegrijden. Als je dat schakelen goed onder de knie hebt, dan kun je met deze motor echter heerlijk soepel rijden.