Vierpersoons
Het dashboard van de 206 is bijna onherkenbaar gemoderniseerd voor de 206+. Hier en daar zie je nog wat oude elementen uit de 206, zoals het aircopaneel of de lastig tussen de voorstoelen geplaatste raambediening. Absoluut geen onoverkomelijkheden, want buiten dat laatste is alles in de 206+ zeer eenvoudig en vanzelfsprekend te bedienen. Dat is bij de moderne priegelknopoerwouden in veel auto’s wel anders. Geforceerde evolutie is wel herkenbaar in het van geen kant aansluiten van het dashboard op de ongewijzigde deurpanelen uit de 206. Eigenlijk is dat natuurlijk niet zo relevant en ook oneerlijk om daar op te hameren, want de 206+ is een hele voordelige auto waarmee Peugeot heeft gepoogd de koper in ieder geval in het interieur geen goedkoop gevoel te geven. Een geslaagde poging, want het dashboard doet aanzienlijk moderner en rijker aan dat in de 206. Desalniettemin merk je wel dat de rode stift ter hand is genomen, want de materialen zijn hard en de afwerking van de kofferruimte is zelfs matig: veel zichtbaar blik dat plaatselijk dusdanig scherp was dat ik er mijn vingers aan open haalde.
Waar de 206+ echt punten scoort is op binnenruimte en het zitcomfort. Zonder veel moeite hebben vier volwassenen verdienstelijk een zitplaats en met name de relatief grote hoofdruimte achterin mag niet onvermeld blijven. Opvallend is dan ook het ontbreken van de hoofdsteunen achterin, wat toch een foute besparing is. De inzittenden vinden niet alleen prima de ruimte, maar hebben ook prettig zitmeubilair. Wel zit de bestuurder lichtelijk scheef achter het stuur, een opvallendheid dat de 206 ook al kenmerkte. Bij een langere rit hang je dan al vlug een beetje in het portier en dat zorgt - ook al is het maar een beetje - voor een minder actieve houding.