Matige drinker
We kennen de 207 als een erg fijn rijdende auto, dus van de SW mogen we toch hetzelfde verwachten? Helaas valt dat een beetje tegen. Toegegeven, hij rijdt zeker niet slecht, toch merk je dat het hoge zwaartepunt, een typisch stationwagen probleem, hem weinig goed doet. Tel daarbij op dat de Outdoor hoger op de poten staat en je begrijpt dat hij niet zo lekker door de bocht gaat als een gewone 207; hij helt wat meer over in korte bochten en voelt minder stabiel in lange doordraaiers. Gelukkig is het stuurgevoel wel goed voor elkaar, hij stuurt licht maar precies. Bovendien is hij erg comfortabel. Niet alleen strijkt hij oneffenheden op de weg goed vlak, ook heb je weinig last van verkeersdrempels, en dat is voor een auto als deze, met een relatief korte wielbasis, best bijzonder.
Dieselrijders kunnen bij de 207 kiezen uit twee varianten, de 1.6 HDiF met 90pk of die met 110pk. Wij reden met de laatste versie en daarmee kan de SW prima uit de voeten. Door het relatief hoge gewicht van deze auto – hij weegt zo’n 100kg meer dan zijn concurrenten – is een pittige motor geen overbodige luxe. Bij het optrekken laat de motor behoorlijk van zich horen, maar bij constante snelheid is hij prettig stil. Dat is mede te danken aan de lange overbrengingen, in de vijfde versnelling maakt hij ongeveer 2.500 toeren bij 120km/h. Een zesde versnelling is daardoor geen gemis. Ook niet voor het verbruik: volgens het boekje drinkt hij slechts 5,2 liter dieselolie per 100. Wij scoorden in de dagelijkse praktijk, inclusief veel files en stadsverkeer, een nette 5,7 liter.