Ga verhuizen en neem de V8
Ford heeft met de nieuwe Mustang iets opmerkelijks voor elkaar gekregen. Hoewel de 2.3 EcoBoost Convertible en 5.0 V8 Fastback GT in de basis dezelfde auto zijn, zouden ze qua karakter niet sterker van elkaar kunnen verschillen. Het zijn echt twee soorten auto's. Met de Convertible ga je lekker toeren en van het mooie Alpenlandschap genieten. In de Fastback GT krijg je daar de kans niet voor. Dankzij de smeuïge, beresterke vijfliter achtcilinder en het perfect afgestemde onderstel verandert de Mustang opeens in een serieuze supersportauto. Genieten doe je hier vooral van de diep gorgelende pure vee eight, het fabuleuze onderstel en de magnifieke manuele zesbak. Iedere meter verslind je met plezier. In de 2.3 EcoBoost Convertible worden je zintuigen ook geprikkeld, maar niet meer dan in een willekeurige andere snelle moderne cabrio. Ten opzichte van die andere cabrio's is het natuurlijk een welkom en betaalbaar alternatief. En ook als je de viercilinder neemt ziet je buurman een dikke Mustang op de oprit staan. Maar als ware petrolhead kan ik slechts één conclusie trekken: verhuis naar een land met een gunstiger belastingklimaat en neem lekker de 5.0 V8. That's the real deal.
- Fijne motor en puike versnellingsbak
- Prima uitgerust en als viercilinder betaalbaar
- Goede allrounder voor wie geen hardcore sportauto wil
- Een viercilinder is geen achtcilinder
- De Convertible tordeert iets teveel
- Agrarische details in interieur