Simpel en functioneel
Soberheid is troef binnenin de 911 Turbo. Geen hoogpolig tapijt, houten sierlijsten of luxe zetels, maar gewoon een simpel en functioneel interieur. De kleur blauw is duidelijk aanwezig. Niet alleen is het leer van de stoelen blauw, ook de deurbekleding, diverse dashboardpanelen, de vloermatten, het stuur en de versnellingspook zijn uitgevoerd in die kleur. Wat ons betreft had het wel wat minder gemogen, maar smaken verschillen, want de eerste eigenaar zal het wel mooi hebben gevonden. De knoppen op het dashboard doen wat gedateerd aan, dat is echter niet vreemd als je bedenkt dat diezelfde knoppen twintig jaar geleden ook al werden gebruikt. Ook is de vorm van het dashboard niet bepaald modern, vooral omdat het dashboard niet ‘doorloopt’ naar beneden.
Over de stoelen zijn we goed te spreken. De verstelmogelijkheden zijn weliswaar op de vingers van één hand te tellen, maar door de holle vorm zit de stoel als gegoten en vind je snel je zit. Hoewel de stoelenwangen niet indrukwekkend hoog zijn, houd de stoel je in snelle bochten goed vast, geen overbodige luxe met een auto als deze. Zoals het een sportwagen betaamt is alles goed onder handbereik; de versnellingspook zit dicht bij het stuur, de bediening van de airco is makkelijk te vinden en het contactslot is uiteraard links van het stuur gepositioneerd. Recht voor je heb je trouwens vijf grote klokken, maar het gaat natuurlijk vooral om de middelste, die bovendien net iets groter is dan de andere: de toerenteller.
Interieurruimte lijkt misschien niet het allerbelangrijkste bij een auto als deze, maar omdat de Porsche 911 de reputatie heeft een sportwagen voor elke dag te zijn, gaan we toch even op onderzoek uit. Voorin de auto is er geen reden tot klagen, in tegenstelling tot veel andere sportwagens heeft deze 911 bepaald geen krappe cabine. Achter de voorstoelen is de ruimte wel heel beperkt. De achterbank - of eigenlijk: de zitjes achterin – biedt alleen plaats aan kleine kinderen. Volwassenen kunnen er niet plaatsnemen, dat wil zeggen: niet zonder een hernia op te lopen. Voor bagageruimte kijken we natuurlijk niet onder de achterklep, daar zit immers de motor, maar onder de ‘motorkap’ vooraan. Daar treffen we een bescheiden holte aan, die plaats biedt aan één flinke weekendtas.