Kiezen voor sportiviteit
Zelfs met het kleinste dieseltje onder de motorkap rijdt de Giulietta als een echte Alfa, dankzij de 320 Nm aan trekkracht komt ze goed van haar plek. De DNA-schakelaar is dan ook geen gimmick, je voelt de auto veranderen zodra je van de N naar de D van Dynamic switcht. In de Natural-stand geeft de turbo minder boost en is de gaspedaalrespons minder direct. Zodra je de Giulietta in de Dynamic stand zet wordt het Q2-differentieel strakker gezet, blaast de turbo harder en wordt de besturing directer en zwaarder. In deze stand toont de motor zijn kracht: veel koppel en een prachtige en gelijkmatige vermogensopbouw zonder daarbij luidruchtig te worden. Grote klasse.
De besturing is prettig zwaar, iets wat je kunt verwachten als je voor merk kiest dat sinds jaar een dag zijn Cuore Sportivo benadrukt. De wegligging is bovengemiddeld goed, het sportonderstel en de brede banden werpen zeker hun vruchten af. Op de snelweg blinkt de auto uit in rechtuitstabiliteit, zijwind en spoorvorming doen haar nauwelijks iets. De Giulietta rolt nauwelijks in bochten en de grip in het betere bochtenwerk is indrukwekkend. In een snelle bochtenwissel hoeft de carrosserie zich amper te zetten, en het overstuur is verder weg dan in de zwaarder gemotoriseerde diesels. De kleinere 1.6 JTDm buit zijn gewichtsvoordeel optimaal uit. Met deze motorisering hoef je niet af te zien wanneer je van een lekker stukje sturen houd, integendeel, het Q2-differentieel weet goed raad met de trekkracht waardoor je vroeg op het gas kunt bij het uitrijden van een bocht. Als je oprecht van een lekker stukje sturen houdt ben je bij Alfa ook met deze configuratie aan het goede adres. Het afrolgeluid is wel nadrukkelijker aanwezig, maar je doet geen grote concessies aan veercomfort. Wat de rijeigenschappen betreft overtuigt de 1.6 JTDm net zo goed als de QV.